Het Europees Parlement steunt plannen die ervoor moeten zorgen dat nieuwbouw in de EU vanaf 2028 emissie-loos zal zijn. Bij de aankomende onderhandelingen met de EU-landen wil het Parlement inzetten op het verlagen van het energieverbruik en de uitstoot van broeikasgassen in de bouw. De hele bouwsector moet in 2050 klimaatneutraal zijn. Panden die niet energie-efficiënt zijn, zullen vaker worden gerenoveerd en er moet meer informatie worden uitgewisseld over de ‘energieprestatie’ van gebouwen.
Het Parlement nam dinsdag ontwerpmaatregelen aan om gebouwen in de EU sneller te renoveren. Gelijk daarmee moeten het energieverbruik en de uitstoot van broeikasgassen in de bouwsector omlaag. Het gaat om een herziening van de zogenoemde ‘richtlijn energieprestatie van gebouwen’. Die is nodig om de broeikasgasuitstoot en het energieverbruik in de bouwsector van de EU uiterlijk in 2030 sterk te verminderen. Tegen 2050 moet de branche dan klimaatneutraal zijn.
Het pakket aan voorgestelde maatregelen is divers, want niet ieder gebouw kan in 2028 energieneutraal zijn. Een uitzondering zou bijvoorbeeld nodig zijn voor nieuwe overheidsgebouwen of panden die door overheden worden gebruikt, aldus de Europarlementariërs. Ook monumentale gebouwen blijven buiten schot. Maar ieder nieuw pand moet uiterlijk in 2028 worden voorzien van zonnepanelen indien mogelijk. Ook zijn er woningen die ingrijpend moeten worden gerenoveerd.
Verder is er nog de zogeheten ‘energieprestatie’ voor gebouwen. De hoogte ervan wordt aangegeven met een energielabel van klasse A (goed) tot en met G (slecht). Die laatste klasse komt overeen met de vijftien procent slechtst presterende gebouwen in het nationale bestand van een EU-lidstaat. Woongebouwen moeten in 2033 aan energieprestatieklasse D voldoen. Panden die niet worden bewoond en voor andere doeleinden worden gebruikt, moeten tussen 2027 en 2030 hun energieprestatie op orde hebben.
De energieprestatie van een gebouw kan worden verbeterd met isolatiewerkzaamheden en een zuiniger verwarmingssysteem. Een dergelijke opwaardering moet er komen als een gebouw wordt verkocht of grondig wordt gerenoveerd of wanneer een nieuw (huur)contract wordt getekend. Alle EU-landen zullen in hun nationale renovatieplannen de nodige maatregelen vastleggen om de hierboven beschreven streefdoelen te halen.
Dan is er nog energiearmoede. Het Parlement wil die tegengaan met hulp voor burgers die de transitie niet kunnen betalen. Lidstaten moeten steunmaatregelen opnemen in hun nationale renovatieplannen, om zo de toegang tot subsidies en financiering te verbeteren. Landen moeten kosteloze informatiepunten oprichten en regelingen voor de kostenneutrale renovatie van gebouwen invoeren. Het gaat dan om steungeld voor grondige renovaties, vooral van de slechtst presterende gebouwen. Ook moeten de lidstaten subsidies en toelagen voor kwetsbare gezinnen vaststellen.
PvdA-Europarlementariër Mohammed Chahim steunt de positie van het Europees Parlement. ‘We verminderen onze olie-afhankelijkheid en verbeteren de energie-efficiëntie in de bebouwde omgeving,’ zegt hij. Volgens hem komen er dankzij deze plannen 160.000 banen in de EU bij en zal er een grote vergroening plaatsvinden. ‘En als het gaat om de naleving, die ligt vooral bij de lidstaten en niet zozeer bij de burgers.’
De leden van het Parlement gaan nu met de Raad onderhandelen om een akkoord te bereiken over hoe de uiteindelijke wet eruit moet zien.