De komende maanden is de harige processierups opnieuw in eikenbomen te vinden. De brandharen van de rups zorgen voor irritatie aan huid, ogen en luchtwegen. Limburgse gemeenten nemen daarom maatregelen om de overlast zoveel mogelijk te voorkomen.
De koude nachten zorgen er tot dusver voor dat er nog weinig rupsen zijn.
Een groot aantal eiken staat langs wegen, fietspaden en in de nabijheid van huizen. De aanpak van de eikenprocessierups richt zich in april en mei op de gebieden waar inwoners de grootste risico’s lopen: drukke fiets- en voetpaden, rondom scholen, kinderdagverblijven, verzorgingscentra en publieke gebouwen. Om de overlast te verkleinen wordt de eikenprocessierups preventief bestreden in het stadium vóór de ontwikkeling van de brandharen. De bestrijding gebeurt door een bespuiting met een biologisch middel dat alleen de rups bestrijdt en volledig onschadelijk is voor dier en mens. Het middel wordt niet gebruikt in gebieden die door ‘De Vlinderstichting’ zijn aangemerkt als beschermingsgebied.
Inwoners die desondanks overlast ondervinden van de eikenprocessierups kunnen dit melden bij hun gemeente. In juni en juli worden de nesten door een gespecialiseerd bedrijf weggezogen op plekken waar meldingen zijn gedaan.
Nachtvlinder
De eikenprocessierups of eikenprocessievlinder is de naam van een nachtvlinder. Het leefgebied bestaat uit streken waar eikenbomen groeien. De vlinder is voornamelijk bekend vanwege de rups. De rups is behaard en een deel van de beharing bestaat uit zogenaamde brandharen. Deze worden gebruikt ter verdediging tegen vijanden zoals zoogdieren die insecten eten.
Als de rupsen of het nest waarin ze zich bevinden wordt verstoord, komen de zeer kleine brandharen in de lucht terecht. Deze kunnen zeer vervelende ontstekingen aan huid en slijmvliezen veroorzaken. Als de haren worden ingeademd kan dit in extreme gevallen zelfs levensbedreigend zijn. Ook huisdieren zoals honden en vee kunnen slechte gevolgen ondervinden als ze in contact komen met de rupsen. De rups wordt daarom als een plaaginsect beschouwd.
Sittard-Geleen
Sittard-Geleen heeft als enige gemeente in Nederland de subsidie ontvangen voor deelname aan het Europese LIFE-project. Zij subsidiëren onder andere proeflocaties waar natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups worden aangetrokken. Er zijn locaties waar mezen en een keversoort, de grote poppenrover, worden bestudeert. Maar er worden ook proefveldjes ingezaaid om de aanwezigheid van sluipwespen en sluipvliegen te stimuleren. Zij leggen namelijk hun eitjes in de rupsen, waarna de larven de rupsen van binnenuit opeten. Op deze manier probeert de gemeente Sittard-Geleen de Eikenprocessierups op een natuurlijke manier onder controle te houden.