Ten opzichte van woensdagmiddag zijn er landelijk 28 nieuwe sterfgevallen door het coronavirus. In totaal zijn er nu 5.590 Nederlanders gestorven aan de gevolgen van de ziekte.
Bij de overleden patiënten was de helft 82 jaar of ouder. Onder de personen die zijn overleden zijn tot nu toe in totaal 40 (+1) patiënten in de leeftijdsgroep 15 tot 50 jaar (waaronder 4 onder de 30 jaar). Dat meldt het RIVM donderdagmiddag.
Landelijk hebben inmiddels 43.481 mensen het coronavirus opgelopen of gehad, in Limburg gaat het om 4.474 mensen. Ten opzichte van woensdagmiddag zijn er landelijk 270 nieuwe patiënten bijgekomen en in Limburg 19. Van alle gemelde patiënten is de helft 60 jaar of ouder. Er zijn in totaal 11.457 (27 meer dan een dag eerder) patiënten opgenomen (geweest) in een ziekenhuis. De helft van de opgenomen patiënten is 69 jaar of ouder. Op dit moment liggen 370 (27 minder dan een dag eerder) mensen op de Intensive Care die besmet zijn met het coronavirus of coronaverdacht zijn. “De cijfers passen bij het beeld dat de maatregelen werken”, herhaalt het RIVM.
Het aantal besmettingen met het nieuwe coronavirus ligt hoger dan het aantal dat hier genoemd wordt. Dit komt omdat niet iedereen met een mogelijke besmetting getest wordt. De basis voor het aantal bevestigde patiënten opgenomen in het ziekenhuis en de overlijdensgevallen door COVID-19 zijn de meldingen van de GGD’en. Er is een vertraging tussen de dag van overlijden en de dag dat overlijden gerapporteerd wordt. Het aantal gemelde sterfgevallen per dag betreft daarom overlijdensgevallen die zich over meerdere dagen hebben voorgedaan.
Het coronavirus kan zich verspreiden via druppels. Bijvoorbeeld als iemand hoest of niest in het gezicht van een ander. Om te voorkomen dat de ziekte zich verder in Nederland verspreidt, brengt de GGD in kaart wie er nauw contact heeft gehad met de besmette patiënt. Dit is contactonderzoek. De contacten van de patiënt moeten twee keer per dag hun temperatuur opnemen en dit melden aan de GGD. Zij moeten ook melding maken van klachten die zij hebben. Door deze maatregelen verkleint de kans dat de ziekte zich in Nederland verspreidt. De GGD monitort deze personen de komende twee weken. Bij klachten worden zij door de GGD getest.