De neerslag van de afgelopen dagen is gunstig voor de bovenste bodemlaag, maar is niet voldoende om het neerslagtekort te verhelpen.
De droogtesituatie is wel iets verbeterd, maar nog niet voorbij. Met name de hoge gronden in het zuiden hebben hier last van. De droogte heeft nog steeds effect op de scheepvaart en verzilting. Daarnaast heeft het gevolgen voor de vistrek.
De droogte heeft ook impact voor schippers. Als gevolg van de lage waterstanden ontstaat er soms vertraging bij de sluizen. Dat maakt wachttijden voor de scheepvaart langer. Daarnaast is er door blijvende lage waterstand op veel plaatsen minder vaardiepte beschikbaar. Hierdoor kunnen schepen minder lading vervoeren.
Daarom geeft Rijkswaterstaat vaker aan de schippers door hoeveel vaardiepte beschikbaar is zodat die daar rekening mee kunnen houden. Waterbeheerders doen hun uiterste best om de waterstand waar mogelijk te verhogen en de hinder voor de schippers zo beperkt mogelijk te houden. Continu wordt gemonitord of de beperkingen kunnen worden verminderd of opgeheven.
Om zich voort te kunnen planten, moeten veel vissoorten kunnen trekken. Sommige soorten trekken tussen zoet en zout water. Bij obstakels als sluizen en gemalen, zijn vistrappen aanwezig die het mogelijk maken dat vissen ze kunnen passeren. Bij de Maas zijn alle vistrappen nu open.